Amstelveenseweg 163, Sint Agneskerk
Klik op een foto voor een grote afbeelding en meer info.
amstelveenseweg eerste steen herdenkingssteen eerste steen pastorie

Naam: Sint Agneskerk
Adres: Amstelveenseweg 163
Architect: Jan Stuyt; Jan Stuyt; K.P.Tholens
Bouwjaar: 1921; 1932; 1940
Opdracht: St.Agnes parochie; R.-K. Parochiaal Kerkbestuur St.Agnes; R.-K. Parochiaal Kerkbestuur St.Agnes

De grootscheepse uitbreiding van Amsterdam-Zuid vanaf 1917 met Berlage's 'Plan Zuid' was een reden om ook nieuwe kerken te bouwen. Er werd voorzien dat in het nieuwe stadsgebied behoefte was aan een nieuwe rooms-katholieke parochie om de Onze-Lieve-Vrouwe van de Allerheiligste Rozenkranskerk in de Jacob Obrechtstraat, in de volksmond beter bekend als de Obrechtkerk te ontlasten. De bisschop van Haarlem, mgr.A.J.Callier wees in 1919 L.Th.M.Snelders middels een brief aan als bouwpastoor. ‘Aangezien het ons gewenscht is voorgekomen in het Z.Westelijk gedeelte der Stad Amsterdam, in den omtrek van den Schinkel, een nieuwe en zelfstandige Parochie te stichten, zoo belasten wij Ueerw. bij dezen met het nemen der noodigen maatregelen om tot de oprichting van bedoelde Parochie te geraken.’

portaal zijgevel zijgevel en toren

Rector Snelders reageerde onmiddellijk en vijf dagen later is er opnieuw een brief van de bisschop, waarin hij het voorstel van Snelders goedkeurt om de heilige Agnes als patrones voor de nieuwe parochie te kiezen. Een bouwcommissie trok voor het ontwerpen van de kerk de architect Jan Stuyt aan, die eerder naast Jos Cuypers de grootste hand had gehad in de bouw van de Obrechtkerk (1901-1908). Vanwege de keuze voor Agnes als patrones greep Stuyt voor zijn ontwerp terug op ‘de prachtige hallen der oud-christelijke basilieken in Rome’ zoals hij dit zelf in 1922 verwoordde. De Agnes-kerk vertoont dan ook gelijkenissen met de Sant'Agnese fuori le mura te Rome waar ze zou zijn begraven en waar haar relieken nog steeds worden bewaard. De vrijstaande klokkentoren met uurwerk en luidklokken, de eerste in Amsterdam, verwijst naar de Italiaanse 'campanile'.

toren toren detail

Alles lijkt nu snel te verlopen. Al in januari 1920 heeft de bouwpastoor een stuk grond op de hoek van de Amstelveenseweg en Cornelis Krusemanstraat gekocht en een bouwvergunning van de gemeente geregeld. Op 30 januari 1920 wordt een contract ondertekend om de kerk met bijgebouwen te bouwen voor 140.570 gulden. Wat er vervolgens misgaat is niet duidelijk maar het duurt tot eind 1920 aleer de eerste paal in de grond gaat. Vanaf dat moment gaat het weer voorspoedig hoewel de bouw van de kerk zich beperkt tot het schip en zijbeuken. Maar dat is in oktober 1921 klaar voor inwijding en dat gebeurt op 24 oktober door mgr.Th.J.A.Bosman, deken van Amsterdam.

kerkzaal voor kerkzaal voor kerkzaal voor kerkzaal achter

Omdat de pastorie nog niet is gebouwd wordt hiervoor het benedenhuis met beletage van Lomanstraat 95 gehuurd.
De tweede fase van de bouw laat op zich wachten tot het stadsbestuur in 1930 maant tot voltooiing van het gehele bouwplan. Hoewel we gewend zijn dat alles duurder wordt als je uitstel pleegt, was dat nu toevallig niet het geval. Zo kostte het tweede gedeelte van de kerk precies de helft van wat het eerste gedeelte in 1921 had gekost. In deze tweede fase van de bouw, die duurde van 1930 tot 1932, kwamen het dwarsschip, het priesterkoor, de pastorie en de klokkentoren gereed. De wijding van het kerkgebouw vond plaats op 16 maart 1932 door mgr.J.D.J.Aengenent, bisschop van Haarlem.
Tenslotte werd in 1940 door architect K.P.Tholens een nieuwe uitgang aan de Cornelis Krusemanstraat gerealiseerd.

kerk altaar altaar kerkzaal sacristie

In de jaren 1970 en 1980 trof de ontkerkelijking tal van parochies in Amsterdam, waaronder ook de Agnesparochie. Plannen voor afbraak van de kerk ten gunste van nieuwbouw met dure koopappartementen en een grote parkeerplaats, leidden in 1978 tot de oprichting van de 'Werkgroep Behoud de Agneskerk'. Tal van plannen voor alternatief gebruik passeerden de revue. Uiteindelijk bleef alles bij het oude. In 1989 mislukte een actie om de Agneskerk op de gemeentelijke monumentenlijst te krijgen. Een nieuwe actie in 1996 leidde tot de status van rijksmonument.
In de jaren 2015-2016 is de Agneskerk aan de buitenkant volledig gerestaureerd, met name het dak en de dakgoten waren door achterstallig onderhoud sinds 1970 volledig verwaarloosd en in zeer slechte staat. Het ligt in de planning dat het interieur van de kerk ook zal worden gerestaureerd, waarbij de kerk weer volledig in de oorspronkelijke staat zal worden teruggebracht. Door lekkages als gevolg van rottende dakdelen is met name het stucwerk in het interieur ernstig beschadigd. Het betreft hier echter vooral optische schade.
Tot 2006 werd in de Agneskerk de mis opgedragen volgens de Romeinse ritus (Novus Ordo Missae), dat wil zeggen met de hervormingen volgend op besluiten van het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965). In 2006 werd terug gegrepen naar de Tridentijnse ritus, een vorm van misviering die in 1570 werd gestandaardiseerd naar aanleiding van het toenmalige Concilie van Trente. De bediening van de Tridentijnse ritus is in handen gelegd van twee priesters van de Priesterbroederschap van Sint-Pieter (Fraternitas Sacerdotalis Sancti Petri, FSSP). Zij werken vanuit het naastgelegen klooster Sint Bonifacius, Amstelveenseweg 161.

transept transept martelaarschap agnes verheerlijking agnes agnes venster

Wie was Agnes?
De heilige Agnes stierf als martelares voor het christelijk geloof. De naam Agnes komt uit het Grieks en betekent zuiver of kuis, maar lijkt op het Latijnse woord voor lam (agnus).
Haar weigering om met de zoon van de Romeinse stadsprefect te huwen bracht haar als dertienjarige in serieuze problemen. Ze wilde haar maagdelijkheid niet prijsgeven omdat ze zichzelf als bruid aan Christus had toegewijd. De rechterlijke macht moesten nu over haar oordelen. Onder bedreiging van gruwelijke lijfstraffen werd ze gedwongen haar geloof af te zweren. Agnes hield stand en werd veroordeeld tot verkrachting en een bestaan als seksslavin. In het bordeel werd ze opgezocht door de zoon van de stadsprefect. Toen hij haar wilde aanraken, werd hij door een bovennatuurlijke kracht teruggeworpen waardoor hij dood neerviel. Daarop liet de prefect haar als heks veroordelen. Ze werd in het stadion van Domitianus in een groot vuur geworpen. Omdat de vlammen haar lichaam intact lieten, vond Agnes ten slotte de dood doordat haar een zwaard in de keel gestoken werd. Op de plaats van het stadion is later de naar haar vernoemde Sant’Agnese in Agone aan de Piazza Navona gebouwd.
Acht dagen nadat ze was begraven in de catacombe aan de via Nomentana, werd zij gezien in een gouden kleed, met een verlovingsring van Jezus Christus aan haar vinger en aan haar rechterzijde een wit lam. Zij is de beschermheilige van de verloofde paren, van de kuisheid, van de jonge meisjes en maagden en van de slachtoffers van verkrachting.
In de transept zijn vensters aangebracht van Joep Nicolas uit 1934. Aan de linkerzijde met scènes uit het leven van Sint-Agnes als maagd. Aan de rechterzijde de verheerlijking van de heilige als martelares.

portaal mozaïek roosvenster

De kerk is gebouwd als een ruime, driebeukige neoromaanse kruisbasiliek, met een hoog opgaand middenschip en lage zijbeuken. Het gebouw werd opgetrokken in baksteen en voorzien van een hoge, bijna vrijstaande klokkentoren. Boven de centrale deur van de monumentale ingangspartij is in 1922 een groot, Byzantijns aandoend glasmozaïek van Sint-Agnes aangebracht. Als ontwerper wordt gedacht aan Jan Stuyt. De uitvoering is gebeurd door de Duitse firma Peter Beyer und Söhne te Keulen.
Het hoger in de gevel geplaatste roosvenster van gebrandschilderd glas is uit 1931 en gemaakt door Alex Asperslagh. Het stelt Christus Koning voor omringd door symbolen van De Schepping; de natuurstenen tracering in de vorm van een zespuntige ster verwijst naar koning David, de voorafschaduwing van Christus.

bord zijingang

Links boven de zijdeur bevindt zich een plaat met de tekst: 'Hic domus dei est et porta coeli' ('Dit is het huis van God en de poort naar de hemel'), op de plaat boven de zijdeur rechts staat: 'Domus mea, domus orationis' ('Mijn huis, een huis van gebed').
In de kerk is het vlakke cassetteplafond met rode, blauwe en gele beschildering, dat ontleend is aan vroeg-christelijke basilieken opvallend.

absis en agnes agnes

In 1930 nemen de bestuurders van de Sint-Agneskerk een riskant besluit. Jan Eloy Brom en Leo Brom (1896-1965) krijgen de opdracht het hoofdaltaar voor een vast bedrag te vervaardigen. Ze laten hen daarbij volledig vrij in het ontwerp van het altaar. Bij de oplevering is er echter meteen kritiek. De koperen platen op het altaar bollen op, de kleuren van de altaargordijnen zijn niet in orde en de tabernakeldeur heeft geen handvaten. Het meest curieuze geschilpunt betreft de voorstelling van Sint Agnes op het ciborium (overkapping) welke in strijd lijkt te zijn met de fatsoensnormen van die tijd. Wat is het geval?
Op het aangebrachte reliëf zijn de contouren van de benen van de heilige door haar kleding zichtbaar. Het kerkbestuur meldt Brom dat zij deze afbeelding aanstotelijk voor de goede zeden vinden. Ondanks deze bezwaren gaat het kerkbestuur niet akkoord met het voorstel van de kunstenaar om voor 50 gulden extra de gewenste aanpassingen te verrichten. Zodoende zijn de benen van Sint Agnes tot op de dag van vandaag zichtbaar.

altaartafel altaartafel kapiteel kapiteel kapiteel crucifix

Op de altaartafel is het Lam Gods met kruisvaan afgebeeld op het Boek met de zeven zegels. Daaromheen twaalf lammeren.
Op de zuilen van travertin met kalkstenen kapitelen staan voorstellingen uit het leven van de heilige. Ook de altaartafel is van travertin. In het ciborium hangt een geëmailleerde crucifix uit 1931 door Joanna Brom.

mariaaltaar mariaaltaar agnesaltaar agnesaltaar

Het Maria-altaar van 1932 is afkomstig uit het atelier van Jan Eloy Brom en Leo Brom. Het Madonnabeeld in metaal-plastiek staat in een nis met ter weerszijden twee zijluiken in gedreven koper, met zestien scènes uit het leven van Maria.
Het Agnes-altaar wordt gevormd door een groot schilderij met de marteldood van de heilige Agnes door J.H.Jurres (1923-1924). De zijpanelen zijn nooit uitgevoerd. Oorspronkelijk was het schilderij bedoeld voor het hoofdaltaar.

glasschilderingen Willibrordus, Paschalis en Julianus nicolaas nicolaas

De glasmuurschilderingen in de apsis zijn van de hand van Joep Nicolas (1937-1938). Afgebeeld zijn onder meer de heiligen Norbertus, Clara, Juliana van Falconieri, Paschalis Baylon en de vier evangelisten Mattheüs, Marcus, Lucas en Johannes.

orgel hubert cuijpers jozef-altaar

Het pijpwerk van het orgel uit 1932, van Johannes Wilhelmus Clavaux, staat opgesteld op de zuidgalerij. De speeltafel staat echter op de noordelijke galerij, zodat de dirigent en componist van kerkelijke muziek, Hubert Cuypers, als cantor en organist aan de kerk verbonden, direct contact had met het koor.
In 1962 begon de firma Adema-Schreurs met ombouw en vernieuwing van het orgel. Door geldgebrek werd dit al spoedig stilgelegd. Vanaf 1988 is het orgel gerestaureerd en nu één van de meest oorspronkelijke Clavaux-instrumenten.
Het interieur van de kerk is wit gestuct, met muurschilderingen van bazuin blazende engelen op de triomfboog bij het priesterkoor.
In de Sint-Jozefkapel is het Sint-Jozefbeeld van Mari Andriessen uit 1940.

kerkraam kerkraam kerkraam

Twee kerkramen in het priesterkoor en een kerkraam in de doopkapel met de uitbeelding van het Bijbelverhaal van de bekering en doop van de Ethiopische kamerheer zijn in 1942 gemaakt door Jan Mammen.

doopkapel doopkapel reliek doornenkroon reliek doornenkroon reliek doornenkroon

De doopvont (ca.1932) uit travertin met een koperen deksel is een schepping van Jan Eloy Brom en Leo Brom.
In een nis naast de doopkapel bevond zich sinds 1935 het reliekschrijn met een splinter van het Heilig Kruis en een doorn van de doornenkroon van Jezus die in 1660 door Frans Testa uit de brandende Sint-Franciscuskerk in Constantinopel gered zouden zijn. Het schrijn is nog steeds eigendom van de familie Testa. Op het feest van de Kruisverheffing werd het schrijn in processie rondgedragen en kon men de relieken vereren.
Op 30 maart 2025 is de historische Testa-reliekhouder met de relikwieën van het Heilige Kruis en de Doornenkroon geplaatst in de co-kathedrale basiliek van St.Nicolaas in Amsterdam. Gelijktijdig verscheen er een boek over de geschiedenis van deze relikwieën van de hand van Mehmet Tütüncü.

kruiswegstatie kruiswegstatie kruiswegstatie kruiswegstatie kruiswegstatie kruiswegstatie

Jan Mammen en Willem (Wim) Schermer brachten de opvallende en levendige muurschilderingen van de kruiswegstatie in de zijbeuken aan (1933-1946) evenals de muurschildering van bazuinengelen op de triomfboog bij het priesterkoor.
Jan Mammen en Max Weiss waren verantwoordelijk voor het ontwerp van de muurglasbeschildering boven de linker doorgang terzijde van het priesterkoor, uitgevoerd door Max Weiss.

kruiswegstatie kruiswegstatie kruiswegstatie kruiswegstatie kruiswegstatie kruiswegstatie

Het interieur van de kerk bevat één van de meest omvangrijke verzamelingen 20ste-eeuwse monumentale religieuze kunst. Met name het werk in opaline-techniek (de glasmuurschilderingen of vermurail) is van groot belang.
Veel van het smeedijzerwerk is ontworpen en gemaakt door Nico Witteman.
Hoewel aanvankelijk niet alle toevoegingen aan het interieur in de smaak vallen, spreken kapelaan Adriaan Knots en kerkmeester Jan Mammen in 1936 al vol lof over de moderne stijl van de kerk. Deze combineert volgens hen het beste uit alle voorgaande generaties.

Meer lezen:
Andriessen, Marie Silvester (Mari)
Asperslagh, Alexander Petrus (Alex)
Brom, Jan Eloy
Brom, Joanna Wilhelmina Francisca Paula
Brom, Leo
Clavaux, Johannes Wilhelmus (Jan)
Cuypers, Engelbertus (Hubert)
Jurres, Johannes Hendricus
Mammen, Jan
Nicolas, Josephus Antonius Hubertus Franciscus (Joep)
Schermer, Willem
Stuyt, Jan
Tholens, Karel Petrus
Weiss, Max
Witteman, Nicolaas Adrianus Franciscus (Nico)

Voor het laatst bewerkt:

Bronnen:
wikipedia.nl
agneskerk.org
monumenten.nl
kerkfotografie.nl
deanderekaart.amsterdam